Met de screening op de infectieziekte hepatitis B wordt een eventuele besmetting van de moeder gesignaleerd. Hierdoor kan vroegtijdig actie worden ondernomen om de gevolgen van besmetting van het kind te voorkomen of te minimaliseren.
De diagnostiek in het kader van de prenatale screening bestaat in eerste instantie uit het meten van het hepatitis B surface-antigeen (HBsAgHepatitis B surface-antigeen: marker besmettelijkheid : marker voor infectie en besmettelijkheid, duur tot aantonen 24 uur) in het serum. Bij een positieve uitslag wordt op hetzelfde monster een confirmatietestEen (serie) testen in hetzelfde bloedmonster om de positieve uitslag van de eerste screentest te bevestigen of verwerpen. uitgevoerd. Is deze positief dan worden de volgende analyses verricht: bepaling van anti-HBcAntistoffen (zowel IgM als IgG) tegen HBcAg. Aanwezigheid duidt op oude of recente infectie. Anti-HBc zijn niet aanwezig na vaccinatie. Marker voor ooit doorgemaakte … (marker voor doorgemaakte infectie, zegt niets over genezing), HBeAgHepatitis B e-antigeen: indirecte marker voor hepatitis B-virusreplicatie en hoge besmettelijkheid (marker voor hoge besmettelijkheid, duur tot aantonen maximaal 5 werkdagen) en anti-HBeAntistoffen tegen HBeAg. Seroconversie naar anti-HBe in de behandeling van chronische dragers suggerert lage/geen virusreplicatie en besmettellijkheid. (marker voor lage besmettelijkheid).
Het laboratorium rondt het onderzoek af met het sturen van een schriftelijke uitslag, inclusief conclusie, aan de VKZVerloskundig Zorgverlener en RIVMRijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu-DVPDienst Vaccinvoorziening & Preventieprogramma’s . Voor hepatitis B geldt een meldingsplicht (groep B2). De melding aan de GGDGemeentelijke/gewestelijke gezondheidsdienst dient plaats te vinden als er sprake is van een infectie met het hepatitis B-virus, waarbij HBsAg is aangetoond en bevestigd. De melding is niet anoniem en dient te gebeuren door zowel de arts (verloskundige, gynaecoloog) als het laboratorium binnen 24 uur na de definitieve diagnose. Voor meer informatie zie ook www.rivm.nl/meldingsplicht.
Definitieve conclusie
De uitslag voor hepatitis B is ‘positief’ indien zowel de screeningstest op HBsAgHepatitis B surface-antigeen: marker besmettelijkheid als de confirmatietestEen (serie) testen in hetzelfde bloedmonster om de positieve uitslag van de eerste screentest te bevestigen of verwerpen. positief zijn.
De VKZVerloskundig Zorgverlener
beoordeelt de uitslagen op volledigheid en afwijkingen.
Is HBsAgHepatitis B surface-antigeen: marker besmettelijkheid
aanwezig, dan meldt ook de VKZ deze bevinding niet-anoniem aan de GGDGemeentelijke/gewestelijke gezondheidsdienst (ook indien de vrouw al bekend was met een HBVHepatitis B-virus
-infectie), informeert de zwangere over de uitslag en de meldingsplicht en zorgt in overleg met de zwangere voor een contact met de GGD. Voor alle duidelijkheid: het eerste contact met de GGD betreft de formele melding binnen 24 uur, het tweede betreft het contact van de zwangere met een sociaal-verpleegkundige bij de GGD. Als de vrouw al bekend was met een HBV-infectie en preventieve maatregelen eerder al zijn genomen, dan zal de GGD doorgaans geen verdere actie ondernemen. De VKZ informeert ook de huisarts, die zo nodig verwijst naar een maag-, darm-, leverarts, internist of infectioloog.
De VKZ zorgt voor toediening van hepatitis B-immunoglobuline (HBIg) aan de pasgeborene binnen 2 uur na de geboorte en de eerste toediening van hepatitis B-vaccin (HB-vaccinHepatitis B-vaccin
). Het HB-vaccin wordt bij voorkeur tegelijk met HBIg, maar in ieder geval binnen 48 uur toegediend in het andere been. De vaccinatie met HB-vaccin valt formeel buiten het bevolkingsonderzoek PSIEBevolkingsonderzoek Prenatale Screening Infectieziekten en Erytrocytenimmunisatie
en maakt deel uit van het RVPRijksvaccinatieprogramma
. Consultatiebureaumedewerkers van de JGZJeugdgezondheidszorg verzorgen de overige vaccinaties.
Houd bij risicogroepen rekening met tussentijdse infectie van de zwangere met HBV, HIVHumaan immunodeficientie virus
en syfilis. Geef herhaaldelijk voorlichting en herhaal zo nodig het laboratoriumonderzoek (niet vergoed in het kader van het bevolkingsonderzoek PSIE). Geef wijzigingen in de zwangerschap en overdracht of overname van de zorgverlening door aan RIVMRijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu-DVPDienst Vaccinvoorziening & Preventieprogramma’s
.
Voor meer informatie zie ook Aandachtspunten bij de screening op infectieziekten, de LCI-richtlijn Hepatitis B, en de richtlijnen van de Nederlandse Vereniging van Maag-Darm-Leverartsen.